banner to homepage of art7d.be

naar startpagina van geschiedenis naar overzicht van geschiedenis schilderkunst voor 1840 schilderkunst 1840-1870 schilderkunst 1870-1880 schilderkunst1880-1890 schilderkunst 1890-1900 schilderkunst 1900-1910 schilderkunst 1910-20 schilderkunst 1920-30 schilderkunst na 1930 schilderkunst in china schilderkunst in japan tijdlijnen van enige schilders elke maand 4 nieuwe afbeeldingen schilderkunst geschidenis van de kleurstoffen

Over-stromingen, Geschiedenis van de moderne Schilderkunst

OVER-STROMINGEN: VOORBESCHOUWING EN OVERZICHT

Dit werk geeft een schets van de revolutionaire veranderingen in de Europese schilderkunst, vanaf het einde van de 18de eeuw tot aan de tweede wereldoorlog. In de meeste boeken over kunstgeschiedenis wordt een verkeerd beeld gegeven van deze schilderkunst, als een geheel van stromingen, die op elkaar volgen in een wel te omschrijven evolutie. Hiertoe wordt vaak met data gegoocheld en worden vooral heel wat goede schilders verzwegen. In dit werk gaan we uit van data, en beschrijven we kort op hoeveel verschillende manieren kunstenaars in een welbepaalde periode naast elkaar werken. Zo ontdekken we dat de revolutie in de kunstgeschiedenis vanaf de tweede helft van de 19de eeuw, er vooral een is van veelzijdigheid en individualiteit. Het symbolisme bijvoorbeeld, werd omstreeks die tijd steeds populairder, en geeft ons een schat van zeer degelijk werk in grote diversiteit. Toch wordt het symbolisme in veel boeken over kunstgeschiedenis nog niet eens vermeld!
Om een beschrijving te kunnen geven dienen we ons te houden aan het begrip "stromingen", maar we onthouden dat een indeling in stromingen kunstmatig is, en zijn beperkingen heeft. Een tentoonstelling over wat er allemaal geschilderd werd in een bepaald jaar zou ons een veel beter beeld geven van de kunst in die tijd, dan een tentoonstelling van een welbepaalde schilder of "stroming". Dit werk wilt u een waarheidsgetrouwer beeld geven van de creativiteit en originaliteit van de mens, en de drang om schoonheid te scheppen. Het is de bedoeling het verkeerde beeld te corrigeren van onze kunstgeschiedenis, als gevolg van het nefaste schoolonderricht of misleidende boeken. Gelukkig zijn er ook boeken over kunstgeschiedenis en tentoonstellingen die een waarheidsgetrouwbeeld geven, met aandacht voor correcte data, en met onderlinge vergelijkingen, ook met andere takken van de kunst en andere facetten van de cultuur.
Deze verhandeling gaat chronologisch tewerk, om het oeuvre van diverse kunstenaars naast elkaar te kunnen plaatsen. We bekijken de eerste veranderingen in Engeland en Frankrijk tussen 1840 en 1870, waarbij we Frankrijk nog eens indeelden in de tijd vóór of na de eerste kleurrijke impressionistische werken. Daarna behandelen we 1870 tot 1930 per decennia.

Eeuwenoude moderne kunst
klik op de thumbnails

Punu Lumbu Mask

Yup'ik Mask Alaska

Huichol Shaman Wood Mask

Ornamental Endpiece
from a Qu'ram Manuscript

Tibetan Mandala Sand Painting

Old Photo from a
Navajo Sand Painting

Prehistoric Cave Paintings
Lascaux France

Prehistoric Cave Paintings
Alta Norway

Tupa Inca Tunic ca 1550

Rada Krishna
17th Century Painting

Guardians of Day and Night
Han Dynasty

Fresco Thera Greece ca 1600BC

Old Indian Tantra Painting

Cloth tunic, Inca
(AD 1400-1532),
Lima Region, Peru

Rhodian orientalising plate
"Rhodian plate", circa 600 BC

Ancient Greek geometric art  box in the shape of granaries, 850 BC

Painted Hauses Sirigu Africa

Painted Hauses Slowakija

Isis 1360 BC

Roman Wall Painting from
Room of the Villa of P. Fannius
Synistor at Boscoreale
Woman playing a Kithara

Same Kithara in this painting from Gustave Moreau 19th century

Jheronymus Bosch
Fragment from
The Garden of earthly Delight
ca1505-15

 

François de Nomé, 1593 - 1620, The Tomb of Solomon

 

Het Dinner met kunstenaars bij Monsieur en Madame Paul Petrides, 1937

 
Vaak beschrijft men de geschiedenis van de Europese kunst als een evolutie van oude kunst, over romantisme, impressionisme, kubisme... met de abstracte kunst als eindpunt. Daarin ziet men een evolutie waarin de mens zich bevrijdt van het getrouw weergeven van de werkelijkheid, om te komen tot het ultieme: de bevrijding van het figuratieve beeld. De hedendaagse kunst is echter geen bekroning van evolutie van voorbijgaande eeuwen, maar gewoon de huidige vorm waarin zij zich bevindt. Evolutie betekent verandering, en dat is niet altijd vooruitgang.

Abstracte schilderkunst vond zijn bloei in Europa in het begin van de 20ste eeuw, maar was zeker niet origineel. Wel werd de abstracte stijl voor het eerst veel grondiger uitgekiend. De beweging van het surrealisme is van latere datum en kwam dus na de opbloei van abstract. De figuratieve surrealisten werden maar met tegenzin erkend, omdat hun precieze figuratie het idee van de abstracte kunst als enig mogelijk eindpunt, vernietigde. De smaak van het grote publiek ging echter juist daarheen, en die smaak bracht het publiek ook massaal bij Klimt en Khnopff, toen er van symbolisme al lang niet meer werd gesproken.
 
De smaak van het grote publiek is echter geen referentie voor kwaliteit, want vele andere goede kunstenaars geraken steeds verder in de vergetelheid. Neem Monet, Manet, Degas, Renoir, Van Gogh, Gaugain, Picasso, Magritte, Delvaux, Ernst, Dali, Kandinsky, Klimt, en je hebt met een minimaal deel van de vernieuwers tussen 1850 en 1950, al minstens negen tienden van alle kunstboeken en dito tentoonstellingen in en rond Europa!
Elke schilder heeft zijn specifieke, eigen stijl, er zijn geen gemeenschappelijke stijlen. Het is daarom beter te spreken van stromingen of bewegingen. De indeling in "ismen" is er gekomen om vat te krijgen op de heel verwarrende golf van vernieuwing en verandering. Als kunstenaars al of niet tot een bepaalde stroming moeten worden gerekend, is een erg subjectieve kwestie, en we merken dan ook dat dit erg kan verschillen van het ene kunstboek tot het andere. Vaak wordt de tijdsperiode aangewend om te bepalen tot welke stroming iemand hoort, evenals onderlinge contacten, al of niet in tijdelijke groeperingen, samenkomsten, tijdschriften, tentoonstellingen...
Stromingen en stijlbeschrijvingen geven een wazig beeld en een vage situering. Bovendien horen vele kunstenaars niet duidelijk thuis en een bepaalde stroming, of horen in een periode nu eens tot deze, dan weer tot een andere richting. Maar om een inzicht te krijgen in die creatieve veelheid, zijn we verplicht van enige "ismen" te vertrekken. Toch beperken we ons sterk in het aantal stromingen, teneinde geen over-stroming to veroorzaken. Termen als naturalisme, luminisme of orfisme zijn met opzet uit het betoog gelaten.
 

Kandinsky, Russische vrouw in een landschap, 1905, vóór zijn abstracte en zelfs vóór zijn fauviste periode

 

masek-profetes

Vitezlav Karel Mazek, De Profetes Libusa

Een van de redenen waarom het beschrijven van stromingen spaak loopt, is dat er enerzijds stromingen zijn, die bepaald worden naar hun onderwerp, naar WAT er wordt weergegeven, en andere, die naar hun techniek worden beoordeeld, het HOE. Surrealisme, symbolisme, romantisme en abstract behoren tot de WAT-categorie ("abstract" bepaalt ook het onderwerp, aangezien dit herkenbaar moet zijn, namelijk figuurloos). Impressionisme, naïef, expressionisme en kubisme tot de HOE-categorie. Dat heeft als gevolg dat veel schilders tot twee stromingen behoren, een uit de WAT-categorie en een uit de HOE-categorie. Zo is bijvoorbeeld de profeet van de Tsjechische Mašek duidelijk symbolistisch én pointillistisch.
 

Bovendien schilderen velen soms symbolistisch, en soms naar de natuur. Een duidelijk en bekend voorbeeld is Gauguin, met soms heel symbolistische werken, maar ook veel taferelen uit het dagelijks leven of de natuur. Qua techniek wordt hij tot de Nabi's gerekend, of ingedeeld bij het "neo-impressionisme", een ongelukkige verzamelnaam voor allen die, behalve van het academische, ook van het impressionisme afweken.

Het waren niet enkel de autoriteiten, de "kenners" en de critici die de schilderkunst in stromingen wilden indelen, maar vaak ook kunstenaars zelf, zoals bijvoorbeeld Kandinsky. Zij hadden er ook belang bij zichzelf te situeren als een onmisbare schakel in de "evolutie" van de schilderkunst. Ook omwille van de verkoop was een "isme" vaak een welkom kader, dat de klant moest helpen een nieuwe kijk te krijgen op wat "goed" werk was, onder andere normen dan het academische waarvan men zich had losgerukt. Veel moderne schilders waren verbitterd door het onbegrip van de academici tegenover vernieuwing, maar waren zelf ook onverdraagzaam tegenover anders gerichte vernieuwers. Zij apprecieerden alleen werk dat min of meer hun richting volgde. Sommigen verdroegen ook dat laatste niet, en ervaarden een al te gelijkaardig werkende schilder reeds als een bedreiging.

 

romolo romano-imagine

Romolo Romani, Immagine, 1908

Ook buiten Europa schilderen of beelden mensen zich uit, naar de traditie van hun cultuur. Hun omgeving bepaalt de normen waarbinnen zij werken. De cultuur bepaalt dus ook de vrijheid die de kunstenaar krijgt. Zo waren de oude Afrikaanse sculpturen heel expressief en afwijkend van de natuurlijke vorm. Vergeleken met onze oude beeldhouwkunst is dit een beduidende revolutie, maar ook zij werkten naar de normen van hun gemeenschap. Er waren ook lange tijd geleden reeds culturen, bijvoorbeeld in Afrika of bij de indianen, waar mensen hun woningen beschilderden met volledig abstracte patronen. Ook in kledij vinden we abstracte kunst al vroeg terug. Mogelijk is de abstracte kunst voor de geschiedenis van de menselijke cultuur ouder dan de figuratieve. In de Islamitische kunst bloeide het abstracte, omdat het uitbeelden van figuren verboden was. De Rozekruisers bij ons schilderden om dezelfde reden reeds in de 17de eeuw abstract.
 

Het doek of de kader zijn geen maatstaf voor schilderkunst, want zij zijn een westers cultuurproduct. Dat gaat samen met haar architectuur, waar effen, grote muurvlakken om versiering vragen, waarbij men direct op de muur kan schilderen, of ook op een verplaatsbaar doek of paneel. We zien dan ook dat Japan, dat eveneens een architectuur heeft met rechte wanden, ook een uitgebreid verleden van schilderkunst heeft: op panelen, schuifdeuren, kamerschermen, papierrollen... Voor veel andere culturen dienen we naar schilderingen op rotswand of op woningen te kijken, zandtapijten, kledij, gereedschap, maskers... Om de Oudgriekse schilderkunst te zien, moeten we zeker ook naar hun vazen kijken, als een schilderij op gebogen vlak. In diverse culturen zien we realisme en stilering, abstractie, expressie, surrealisme en al of niet gewilde naïviteit, in meerdere of minder mate voorkomen. In onze schilderkunst komen zij nogal chronologisch na elkaar voor, en het heeft dan ook geen zin om deze volgorde als een enig mogelijke evolutie te bestempelen. Het is een heel specifieke evolutie in onze eigen westerse cultuur.
In de periode van de barok was onze schilderkunst erg aan strenge normen en verwachtingen gebonden. In het romantisme begon de kunst zich reeds los te maken van die cultuurnormen. We kwamen steeds meer tot een samenleving waar diverse mensen op hun eigen manier schilderden, beeldhouwden of bakten. Het is niet voor niets dat schrijvers als Nietzsche bij kunstenaars zo geliefd waren. Hij wees op het belang van het individu en de ontplooiing van eigen talenten, vaak tegen de stroming van de omgeving in. Het individu werd de enige basis van de kunst: elke schilder bepaalde meer en meer zelf zijn normen, en creëerde een eigen, heel persoonlijke stijl. Sommigen deden dit helemaal alleen, anderen stelden zich meer af op andere kunstenaars, groepeerden zich tijdelijk, of gingen in een eerder geringe mate met elkaar samenwerken.

Copyright voor de tekst op alle pagina's van deze Geschiedenis van de Moderne Schilderkunst: Johan Framhout; tekst geschreven in 1990-92; herzien en op het internet geplaatst in 2005.

 

Back to the future: twee voorbeelden van oud-Afrikaanse maskers (Congo). Kan het moderner?